betalingsbereidheid
Het maximale bedrag dat een vrager voor iets wilt betalen.
|
ceteris paribus
Alle andere factoren die invloed hebben, blijven gelijk.
|
collectieve vraagfunctie
Geeft het verband weer tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid van een product door alle consumenten samen.
|
collectieve vraaglijn
Geeft het verband weer tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid van een product door alle consumenten samen. Bij een monopolist is deze lijn tevens de prijsafzetlijn.
|
complementaire goederen
Goederen die elkaar aanvullen. Bijvoorbeeld benzine voor een auto, batterijen voor rekenmachine. Deze producten horen bij elkaar.
|
drempelinkomen
Het inkomen wat verdiend moet worden voordat bepaalde producten (luxe goederen) worden aangeschaft.
|
elastisch
De vraag reageert meer dan evenredig op een daling/stijging van de prijs.
|
individuele vraagfunctie
(= individuele vraagvergelijking) Geeft het verband weer tussen de prijs van een product en de gevraagde hoeveelheid door één consument.
|
individuele vraaglijn
De lijn die het verband weergeeft tussen de prijs van een product en de gevraagde hoeveelheid door één consument.
|
inelastisch
De vraag reageert minder dan evenredig op een daling/stijging van de prijs.
|
inferieur goed
Product waarvan de vraag afneemt als het inkomen stijgt.
|
inferieure goederen
Goederen waarvan je bij een inkomensstijging minder koopt.
|
inkomenselasticiteit van de vraag
De inkomenselasticiteit van de vraag geeft aan hoe sterk de vraag naar een goed reageert op veranderingen van het besteedbaar inkomen.
|
inkomenselastisch
De vraag naar een product reageert meer dan evenredig op een inkomensverandering.
|
inkomensinelastisch
De vraag naar een product reageert minder dan evenredig op een inkomensverandering.
|
kruislingse prijselasticiteit van de vraag
De kruislingse prijselasticiteit van de vraag geeft aan hoe sterk de vraag naar een goed reageert op een prijsverandering van een ander goed.
|
luxe goederen
Niet levensnoodzakelijke goederen. Product waarvan de vraag meer dan evenredig toeneemt als je inkomen stijgt.
|
normaal goed
Product waarvan de vraag toeneemt als het inkomen stijgt.
|
normale goederen
Product waarvan de vraag toeneemt als het inkomen stijgt.
|
prijselasticiteit van de vraag
De prijselasticiteit van de vraag geeft aan hoe sterk de vraag reageert op een prijsverandering.
|
primair goed
Goederen die noodzakelijk zijn om van te leven. Product waarvan de vraag minder dan evenredig toeneemt als het inkomen stijgt.
|
primaire goederen
Goederen die noodzakelijk zijn om van te leven.
|
substitutiegoederen
Goederen die elkaar kunnen vervangen.
|
verzadigingsinkomen
Vanaf een bepaald inkomen leidt een verdere stijging van het inkomen niet meer tot een toename van de gevraagde hoeveelheid.
|